Daar is de deur
en daar achter sta jij
en zo lang die deur dicht blijft
voel ik me vrij
want daar achter sta jij
Ik zie mijn schaduw
maar waar is de zon,
daar kom ik nooit achter
ik wou dat het kon
ja waar is de zon
Ik weet wie ik ooit was en hoe dit ooit begon, maar hoe ben ik hier aanbeland, is dit het eindstation
Waar is de trein, en waar wil ik zijn, kom ik daar ooit achter, of is het allemaal slechts schijn
Ik moet nog veel verder, en al sta ik nu stil, ik moet terug bewegen maar da’s niet wat ik wil,
dus sta ik hier stil, sta ik hier stil, sta ik hier stil
Ik zit verdoken achteraan in de laatste wagon, van de allerlaatste trein naar het eindstation,
wie me zoek kan me vinden op het laatste perron in de schaduw van de ondergaande nazomerzon
Verder, steeds verder, ‘k wil weg van hier, een oceaan van stilte, zonder enig vertier.
Niks dat me doet verlangen, alle dromen verhangen
Wachtend in het eindstation, ik wou dat alles opnieuw begon
Ik weet wie ik ooit was en wie ik nu wil zijn, alles wat ik wil is rozengeur en maneschijn,
niks meer niks minder niks harder niks zachter
ik open andere deuren, wie weet wat ligt daar achter
De deur gaat open, daarachter sta jij, het zonlicht overvalt je net zoals mij
we lachen en we dansen in de schaduw op het laatste perron
en er vertrekt opnieuw een trein, vanuit het eindstation
er vertrekt opnieuw een trein, vanuit het eindstation